‘Familie is alles’, is een uitspraak waar Jurriaan van Stigt zich in herkent. Zijn ouders richtten ruim 25 jaar geleden de stichting op waar hij nu voorzitter van is. Door het verlies van zijn ouders en zus, is hij het laatste actieve lid. Hier deelt hij meerdere inzichten die hij door de jaren heen heeft gekregen door de samenwerking met zijn partners in Mali.

Nederlandse organisatie Partners Pays-Dogon (PPD) heeft een bijzondere voorgeschiedenis. Architectenfamilie Van Stigt begon voorganger, Stichting Dogon Onderwijs, in 1995. De stichting ondersteunde de Dogon-gemeenschap in Mali die in de loop der jaren veel indruk had gemaakt. ‘’Maar we gaan het niet te veel over mijn familie hebben hoor, heb het veel liever over Mali’’, begint Jurriaan. Zijn uitspraak raakt meteen de kern. Het laat de liefde voor zijn ‘andere’ familie zien en toont tegelijkertijd een vorm van nuchterheid.

Jurriaan komt als zoon van Joop en Gonny van Stigt, namelijk niet uit een alledaags gezin. Zijn ouders raakten langzaamaan bekend met hun architectenbureau vanaf de jaren 60. Joop kreeg meerdere onderscheidingen en ridderorders. Hij was daarnaast ereburger van Amsterdam, waar ook een park naar hem vernoemd is. Begin dit jaar schreef dagblad Trouw een stuk over Jurriaans’ moeder en hoe zij ‘La Grande Maman’ was voor de Dogon-gemeenschap in Mali, het land dat Gonny en Joop in hun hart sloten. Over die aandacht en onderscheidingen rept Jurriaan overigens geen woord gedurende het gesprek.

‘’Jij zou toch ook raar opkijken als een buitenlander naar Nederland komt en je gaat vertellen hoe je moet leven’’

‘We gaan helpen’ = fout

Delen was zowel voor de opvoeding als de samenwerking met Mali, de rode draad. Door dit wederzijdse respect is er veel gerealiseerd in ruim 25 jaar en dat terwijl Joop ‘echt geen woord Frans sprak’. ‘’Hij communiceerde met de lokale gemeenschap door uit te beelden’’, lacht Jurriaan. ‘’Met zijn handen voor zijn ogen, zei hij ‘Visage, visage!’ (beeld in). Al die Malinezen snapten hem precies. Ze werkten en bouwden samen aan projecten. Verschillende organisaties benaderden de Dogon-gemeenschap anders.

Zo kwamen er wel eens Fransen kijken die dachten: leuk, we gaan helpen. En dan stond er ineens een schoolgebouw. Allemaal goed bedoeld waarschijnlijk, maar niet de juiste aanpak. De dorpelingen durfden er niks mee te doen, want het was toch het gebouw van de Fransen?’ Daarnaast is die uitspraak zo fout: wie zijn wij om zomaar te helpen? Jij zou toch ook raar opkijken als een buitenlander naar Nederland komt en je gaat vertellen hoe je moet leven’’, vergelijkt Jurriaan kritisch.

Het laatste bezoek voor Jacq-ti overleed. Achter: Amatigue (l) en Saïdou (r). Voor: Rens en Jacq-ti de Leeuw met (schoon)broer Jurriaan (r)

‘Delen is vermenigvuldigen’

Het partnerschap moet volgens Jurriaan op een inspirerende manier. ‘’Ik geloof er echt in dat samenwerken meer biedt. Delen is vermenigvuldigen. Er is binnen onze teams uit Nederland en Mali expertise over bouwen, onderwijs, water en landbouw. Door die krachten en kennis te bundelen, staan we sterker en gaan we vooruit.

Maar er is ook veel wat wij niet weten hè! Er werden vaak restauraties verricht aan Unesco-erfgoed in de Dogon-gemeenschap. Toen een Franse organisatie dat nog deed, vloog er een heel team over met een uitgebreid onderzoek en een ton aan budget. Terwijl de mensen daar de kennis al hebben. De dorpelingen hebben er helemaal niet zoveel voor nodig én wíllen en kunnen het zelf. Het kost maximaal tienduizend euro en ze gebruiken materialen waar wij in het Noorden niks van afweten’’, stelt Jurriaan.

Samenwerkings-dans

‘’Wij zouden als Nederland-beleidsland ook een heel plan bedenken en er een onderzoeksbureau op zetten. Zo werkt het niet in de cultuur van de Dogon. De Dogon hebben een traditionele dans van de kameleon. Die is twee stappen vooruit en één stap terug. Die dans zit ook verweven in onze samenwerking. Ik verwacht bijvoorbeeld niet binnen 24 uur een antwoord te krijgen van onze partner ADI op een voorstel. Saïdou Teme, de ADI-directeur, wil het juist eerst met een paar mensen bespreken.

Hij legde het me ooit uit aan de hand van die dans: vooruit en dan even een stapje terug nemen om te horen wat de rest ervan vindt. Het klinkt voor een lezende Nederlander nu misschien niet zo efficiënt, maar dat is het wel degelijk. Hierdoor nemen ze breed gedragen besluiten.’’

Jacq-ti (rechts) met o.a. Adi-directeur Saïdou (midden)

Tot de dood

Jurriaans’ ouders bleven beiden tot hun dood betrokken bij Stichting Dogon Onderwijs, de voorloper van PPD. Ook zijn zus Jacqti was zelfs tijdens haar korte ziekbed nog bezig met Het Dogon Vrouwen Initiatief. De zusterorganisatie die ze samen met haar moeder oprichtte om de vrouwen op de voorgrond te krijgen. In ruim tien jaar tijd zijn er bijna tienduizend betrokken leden. Al deze vrouwen zijn betrokken bij vele initiatieven zoals vrouwentuinen, alfabetisering en microkrediet-projecten.

Jurriaan moet zoeken naar woorden als hij het over Jacqti’s overlijden heeft……‘’Tja,.. Mijn zus was mijn alles. Wij hadden, hebben een hele goede band. We dachten ook hetzelfde over onze samenwerking met de mensen in Mali. Wij waren toen al meer aan het denken in de richting van een lokale stichting en hoe die steeds meer op de voorgrond moest zijn. Jacqti werkte als eerste samen met Saïdou in 2009. Die twee waren onafscheidelijk’’, vertelt Jurriaan.

‘’Toen na mijn vader, ook Jacq wegviel in 2015 zat Saïdou in zak en as. Hij was verdrietig maar dacht ook: de vrouwengroepen moeten voortbestaan. We hebben veel gesprekken gevoerd samen over wat hij voor de gemeenschap in de toekomst wilde. ‘Dat we zelfvoorzienend worden! Dat we als gemeenschap op allerlei vlakken groeien’, zei hij. Het werd dus doorgezet.’’

Groeien

De verschillende Nederlandse Dogon-stichtingen (waaronder ook Dogon Bloemendaal) werden samen PPD. Hierdoor kwamen alle sectoren bij elkaar. ‘’Wij komen als PPD met een kernteam elke twee weken samen om te focussen op een paar werkvelden. Iedereen communiceert met z’n werkveld-partner uit Mali en koppelt informatie terug. Maar we werken nu ook naar een punt toe waarop onze partners zeggen ‘We zijn van hetzelfde project’, in plaats van ‘Ik ben van water, dus bemoei ik me niet met bouw’. Door samen te werken, leer je van elkaar en groei je als stichting.’’

Jurriaan ziet zijn partners groeien in zelfstandigheid: ‘’Ik zie vaak op Facebook dingen voorbij komen die zij al heel snel hebben georganiseerd. Ik vraag een beetje door en op een technisch bouwdingetje na, blijkt uiteindelijk alles te kloppen. Ze doen gewoon. Ze gaan niet zitten wachten tot er een Nederlander komt. Dat stimuleren we alleen maar.’’

‘’Daar hebben ze niet een Gamma midden in de woestijn waar ze elk soort onderdeel kunnen vervangen’’

Die ongeschreven regel is in meerdere dingen terug te vinden. Jurriaan vertelt hoe ‘uitermate efficiënt en adequaat ze zijn’: ‘’Wij zouden als Nederlanders een heel plan opschrijven. En Saïdou zegt simpelweg; ‘Oh nee, we hebben al dit gedaan. Is dat goed?’.

Mensen uit Nederland beseffen ook te weinig dat het een heel andere situatie is wanneer iets stuk gaat. Daar hebben ze niet een Gamma midden in de woestijn waar ze elk soort onderdeel kunnen vervangen. Dus je moet dingen simpel maken. Maar vaak komen ze er zelf wel uit. Dan overleggen ze met het team en verzinnen ze de meest innovatieve dingen met de meest bijzondere materialen. We hebben een bouwmachine met hele dure rubberen onderdelen. Toen die stuk gingen, heeft Saïdou het opgelost met oude, opengesneden autobanden. Iets wat ikzelf nooit had bedacht. De inventiviteit is enorm!’’

Dogon-dans die traditiegetrouw wordt gedaan

Learning by doing

‘’Tuurlijk zijn er nog leerpunten en kan ADI nog niet alles zelfstandig’’, vertelt Jurriaan. ‘’Maar dat is oké. In de moeilijke dingen ondersteunen we gewoon. Zo was het recente jaarverslag, door het binnenhalen van een groot lokaal fonds, een rommeltje. In de ellelange spreadsheets en verantwoordingen miste geen cent. Saïdou wist gewoonweg niet hoe hij het administratief in orde moest hebben. Nou, dan gaan we samen zitten. Het is learning by doing. Daarbij, het feit dat ADI zelf een lokaal groot fonds heeft geregeld overheerst dan bij PPD. We zijn ontzettend trots op onze partners dat ze dat gewoon zelf hebben geregeld.’’

Ook met Saïdou heb ik elke twee weken contact. Soms gaat het over onze kinderen en dan weer over de stichting. Het werk is helemaal niet zwaar, het is inspirerend. Het verbinden van mensen is een passie want alles hoort allemaal bij elkaar. Dat was de familieboodschap, dat is in mijn werk als architect zo en dat is ook zeker wat ik met PPD en ADI wil bereiken. Samen verbinden en zo beter worden. Er is niks mooiers dan dat. Twee stappen vooruitgaan en weer een beetje teruggaan, net zoals de Dogon-dans.’’