Op donderdagmiddag 17 september vindt online het eerste Wereld Café plaats. Dit is een initiatief van Wilde Ganzen en het journalistieke platform Vice Versa om nieuw elan te geven aan het debat over ontwikkelingssamenwerking in Nederland. Iedere derde donderdagmiddag van de maand praten we via internet over actuele thema’s. Het eerste Wereld Café gaat over de rol van de diaspora binnen mondiale samenwerking. Hoe kan hun meerwaarde beter worden benut?

De voordelen van meer diversiteit zijn talloos, schreef publiciste Ellen Mangnus enkele jaren geleden in Vice Versa. “Zo stimuleren nieuwe perspectieven creativiteit, worden oplossingen sneller gevonden en is het gezond dat aannames worden betwijfeld. Om een parallel te trekken met ecologie: hoe meer diversiteit, hoe weerbaarder het systeem.”

Toch lijkt die meerwaarde van diversiteit nog onvoldoende te worden benut binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking. De diaspora en door hen opgerichte maatschappelijke organisaties spelen een beperkte rol in het Nederlandse debat over belangrijke mondiale thema’s zoals klimaatverandering, migratie en ontwikkelingssamenwerking. Ook is het aantal mensen vanuit de diaspora die binnen Nederlandse ontwikkelingsorganisaties werkt nog altijd klein, net als binnen opleidingen die als kweekvijver van de sector dienen.

Framing op basis van afkomst

Voor maatschappelijke organisaties van de diaspora die zich wél expliciet met ontwikkelingssamenwerking bezighouden, blijkt het moeilijk om hun plekje in de Nederlandse sector te bemachtigen en om als gelijkwaardige organisatie te worden gezien. Ze worden vaak niet geframed op basis van hun expertise (ontwikkelingssamenwerking, mensenrechten, vrouwenrechten), maar op basis van hun afkomst, namelijk als diasporaorganisatie. Ook zijn ze vaak te klein om mee te kunnen dingen naar subsidiekanalen van de Nederlandse overheid.

In dit eerste Wereld Café van Vice Versa en Wilde Ganzen praten we onder leiding van publicist Qader Shafiq verder over de rol van de diaspora binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking. Wat kunnen ontwikkelingsorganisaties uit de diaspora toevoegen aan de Nederlandse sector? Hoe kan hun meerwaarde en expertise beter benut worden? Wat kunnen we van elkaar leren? Zijn de huidige subsidiekanalen toereikend voor een inclusieve Nederlandse ontwikkelingssector, waarin ook organisaties vanuit de diaspora hun logische plek hebben?

Gasten, onder andere: Mekka Abdelgabar (Foundation Women in Darfur United for Peace and Progress) Anne-Floor Dekker (programma manager WO=MEN, Dutch Gender Platform) en Dr. Amadou Sow (Stichting Mauritaans Nederlandse Organisatie voor Mensen en Volkenrechten)